Terug

Reconstructie van het oor

Patiëntfolder

Informatie voor ouders

Uw kind komt voor een onderzoek, behandeling of ingreep naar het ziekenhuis. Ieder kind en iedere ouder beleeft dit op zijn eigen manier. Het kan zijn dat er sprake is van spanning of onzekerheid. U en uw kind krijgen te maken met een nieuwe wereld, nieuwe mensen en onbekende situaties. Wij vinden het belangrijk om u en uw kind hierbij goed te begeleiden.

Deze folder is bedoeld om uw kind voor te bereiden. Maar ook om u te informeren over wat er gaat gebeuren. Als jullie weten wat jullie te wachten staat, geeft dat een gevoel van zekerheid en vertrouwen.

Een deel van de voorlichting gebeurt in het ziekenhuis. De arts bespreekt met u, en als het mogelijk is ook met uw kind:

  • Waarom uw kind dit onderzoek, deze behandeling of ingreep krijgt
  • Hoe we dit onderzoek, deze behandeling of ingreep doen

Thuis stellen kinderen vaak meer vragen dan in het ziekenhuis. Uw kind vertrouwt u. Daarom kunt u het beste uitleggen wat er gaat gebeuren. U weet welke informatie uw kind begrijpt en kan verwerken. Deze folder helpt u bij de voorbereiding.

Lees de folder éérst zelf. Zodat u goed weet wat er gaat gebeuren. U kunt de tekst daarna voorlezen of in uw eigen woorden navertellen. Oudere kinderen kunnen natuurlijk zelf (mee)lezen. Bespreek achteraf samen of alles duidelijk is. Schrijf eventuele vragen op, zodat jullie die nog kunnen stellen in het ziekenhuis.

Verderop staan tips hoe u uw kind kunt voorbereiden en begeleiden bij het onderzoek, de behandeling of de ingreep.

Jongeren en WGBO: jouw rechten in de medische zorg

https://www.hetwkz.nl/nl/voorlichting/jongeren-en-wgbo/folder wgbo qr code

Je bent geboren met een anders ontwikkelde oorschelp. Jouw oorschelp ziet er niet zo uit als bij de meeste kinderen.

Je komt nu in ons ziekenhuis om met een operatie je oorschelp aan te passen.

Het medische woord hiervoor is microtie reconstructie.

  • Microtie betekent een oorschelp die niet goed gegroeid is.
  • Reconstructie betekent herstellen of opnieuw maken.

Je krijgt deze operatie omdat je het mooier vindt om een goede oorschelp te hebben, of omdat je bril achter een goede oorschelp beter blijft zitten.

Het is niet zo dat je na de operatie beter gaat horen. In het begin heb je geen gevoel in je nieuwe oorschelp, na een tijdje komt het gevoel terug. Dat wil zeggen dat je het voelt als je je oor aanraakt; al voelt het wel anders als je andere oor.

De dokter die jouw operatie doet noemen we een plastisch chirurg, die we verder in de folder ‘de dokter’ noemen.

Er zijn drie manieren om een oorschelp aan te passen:

  • Een ribkraakbeen operatie.
  • Een Medpor oorschelp reconstructie.
  • Een klik-oor. Bij deze manier maakt de dokter een kunst-oor die aan de buitenkant aan je huid vast klikt. Deze manier wordt vaak bij oudere mensen gebruikt. Daarom leggen we in deze folder daar niets over uit.

Van de operaties zelf merk je niks, want je bent onder narcose. Narcose wil zeggen dat je gaat “slapen” met behulp van medicijnen. Je voelt dan helemaal niets meer.

Je vader, moeder, of een andere volwassene die je graag bij je hebt, mogen de hele dag bij je blijven. Alleen niet tijdens de operatie. Maar dat merk je niet, omdat je dan onder narcose bent.

De ribkraakbeen oorschelp reconstructie

Bij de ribkraakbeen operatie gebruikt de dokter weefsel uit jouw eigen lichaam (kraakbeen van één van jouw ribben). Kraakbeen is zacht en buigzaam weefsel dat tussen je gewrichten (verbinding tussen je botten) zit en dat zorgt dat je botten soepel kunnen bewegen.

Je moet voor deze operatie 8 jaar of ouder zijn. Dan heb je namelijk genoeg kraakbeen om te gebruiken. Omdat je nieuwe oorschelp gemaakt is van weefsel uit jouw eigen lichaam, groeit deze mee met de rest van je lichaam.Er zijn altijd twee en soms drie operaties nodig.

De eerste operatie

De eerste operatie is een voorbereidende operatie. Een paar stappen zijn nodig om de vorm van je nieuwe oorschelp te kunnen maken:

  • Het kraakbeen op de plek van je oor dat niet goed ontwikkeld is, verwijderd de dokter en kan hij niet meer gebruiken.
  • Jouw oorlel zet de dokter vast op de goede plek.
  • Het kraakbeen van je rib haalt de dokter weg aan de kant van het oor dat geopereerd wordt. Dat gebruikt hij om de vorm van je oor te maken.
  • De vorm plaats de dokter onder je huid .
  • Een klein plastic buisje blijft achter ( dat heet een drain). Door de operatie ontstaat er vocht onder je huid, dat is normaal en noemen we wondvocht. Dit vocht mag niet tussen de nieuwe kraakbeenvorm en je huid blijven zitten, omdat je huid dan niet strak over de nieuwe vorm groeit. Via de drain kunnen we na de operatie het wondvocht weg halen.

Na de operatie krijg je een verband om je hoofd. Het plekje bij je rib, waar het kraakbeen is weggehaald voel je meer als je oor. Voor de pijn krijg je medicijnen.

Op de afdeling maakt de verpleegkundige ieder uur het draintje leeg. Dit gebeurt in de eerste 24 uur. Het is niet pijnlijk, maar voor jou misschien wel vervelend omdat het ook gebeurt als je slaapt. Na 24 uur haalt de verpleegkundige om de 6 uur het draintje leeg.Na vijf dagen haalt de dokter het draintje weg en mag ook het verband van je hoofd af. Dat betekent dat je 5 dagen in het ziekenhuis blijft.

Je krijgt in het ziekenhuis medicijnen die zorgen dat je geen infectie krijgt. Deze medicijnen noemen we antibiotica. De eerste 5 dagen krijg je deze medicijnen via het infuus. Het infuus kreeg je tijdens de operatie.

Als het verband verwijderd is, mag je kort douchen.De eerste twee weken na de operatie mag je niet te lang douchen of in bad gaan. Zo geneest je oor het beste.

Een à twee weken nadat je weer thuis bent, kom je je voor controle bij de dokter op de polikliniek.

De tweede operatie

Bij de eerste operatie is de vorm van je oorschelp gemaakt. De schelp zit nu nog vast tegen je hoofd aan. Het losmaken gebeurt bij de tweede operatie. Deze operatie krijg je 6 maanden na je eerste operatie. Door het losmaken gaat je oorschelp een beetje van je hoofd afstaan, zoals bij je andere oor. Het gedeelte aan de achterkant van je oor is dan nog niet bedekt met huid. De dokter gebruikt hiervoor een huidtransplantaat. Transplantaat betekent weefsel (huid) van je lichaam dat op een andere plek op je lichaam terug gezet wordt. De huid die achter je oor komt, haalt de dokter uit je lies. Op deze plek groeit je huid weer aan.

Ook bij deze operatie wordt je wakker met een verband om je hoofd. Meestal blijf je maar één nacht in het ziekenhuis.

Bij de tweede operatie gaat het verband er na 5 tot 7 dagen af.

Hiervoor kom je bij de dokter op het spreekuur (op de polikliniek). Je krijgt een mal van siliconen (kunststof), die je oor beschermt als je slaapt. Vooral de eerste twee weken is de huid achter je oor nog zwak en aan het wennen. Het is belangrijk dat je oor ingesmeerd wordt met Vaseline en soms met een zalf waar antibiotica in zit (dit beschermt je oor tegen infecties). De dokter legt jou en je ouders uit hoe dat moet. De huid bij je oor mag pas nat worden, als de huid is vast gegroeid. De dokter vertelt je wanneer dat is.

De derde operatie

Soms is een derde operatie nodig om kleine verbeteringen aan de vorm van je oor te doen. Hiervoor verdoofd de dokter je oor met een prikje, dit noemen we plaatselijke verdoving. Je voelt door de verdoving geen pijn; wel kan het zijn dat je voelt dat ze je oor aanraken.

De medpor oorschelp reconstructie

Bij deze operatie gebruikt de dokter voor je nieuwe oorschelp materiaal dat niet uit jouw eigen lichaam komt. Dit materiaal is van kunststof (polyetheen).

Het medische woord hiervoor is een Medpor prothese.

  • Medpor is de naam van het kunststof.
  • Prothese betekent een kunstmatig lichaamsdeel, in jouw geval dus een kunst-oor.

Voor deze manier moet je 5 jaar of ouder zijn. Omdat de protheses van kunststof is, groeit deze niet mee. Daarom kan het zijn dat de dokter de nieuwe oorschelp iets groter maakt als je andere oor (deze groeit nog wel). Meestal ie er één operatie voor nodig. Als dat bij jou anders is, vertelt de dokter je waarom dat zo is.

De operatie

Deze operatie bestaat uit een aantal stappen:

  1. De stukjes kraakbeen van je oor dat niet goed ontwikkeld is, haalt de dokter weg. Deze stukjes gebruikt hij later weer voor je nieuwe oorschelp.
  2. Jouw oorlel zet de dokter vast op de goede plek.
  3. Het bindweefsel dat boven je oor zit wordt een klein stukje verplaatst om de oorprothese goed te beschermen. Bindweefsel is weefsel dat overal in je lichaam zit, boven jouw oor zit het tussen je huid en je bot en kun je het zelf dus niet zien. Het zorgt voor steun en bescherming. Om het stukje bindweefsel te verplaatsen is het nodig dat de dokter (een deel) van je haren aan de kant van het geopereerde oor, wegscheert. Van te voren legt hij aan je uit waar en op welke plek hij je haar weg scheert. Na de operatie groeit je haar op die plek weer aan.
  4. Je nieuwe oorschelp bedekt de dokter met huid van een andere plek op je eigen lichaam. Dit noemen we een huid-transplantaat. De huid hiervoor haalt de dokter uit je lies of achter je andere oor. Op deze plek groeit je huid weer aan.
  5. Ter bescherming pakt de dokter je oor goed in met een verband. Dat verband zit als een tulband om je hoofd. Soms laat de dokter een klein plastic buisje achter (dat heet een drain). Door de operatie ontstaat er vocht onder je huid, dat is normaal en noemen we wondvocht. De drain zorgt ervoor dat het wondvocht eruit kan na de operatie.

Na de operatie krijg je in het ziekenhuis medicijnen die zorgen dat je geen infectie krijgt. Deze medicijnen noemen we antibiotica. Je krijgt de medicijnen via het infuus. Het infuus kreeg je tijdens de operatie. Ook thuis krijg je nog 5 tot 7 dagen antibiotica in de vorm van een pil of drankje.

De dag na de operatie haalt dokter het verband en de drain weg.Een mal van siliconen (kunststof) beschermt je oor nog. Na 10 tot 14 dagen mag de mal eraf. Tijdens een afspraak op de polikliniek haalt de dokter de mal weg. Dan kun je je nieuwe oor zien.

Met een goede douchemuts mag je kort douchen. Ook als de mal niet meer op je oor zit, is het belangrijk dat je maar kort doucht.De hechtingen die we gebruiken om je nieuwe oorschelp vast te zetten, lossen vanzelf op.

Ongeveer 10 tot 14 dagen na de operatie kom je bij de dokter op controle op de polikliniek.

Je krijgt een mal van siliconen (kunststof), die je oor beschermd als je slaapt. De mal zorgt er ook voor dat je oor niet strak tegen je hoofd gaat staan.

Het is belangrijk dat je jouw oor insmeert met Vaseline en soms met een zalf waar antibiotica in zit (dit beschermt je oor tegen infecties). De dokter legt jou en je ouders uit hoe dat moet.Na deze controle mag je oor nat worden (in bad moet je nog wel even voorzichtig zijn).

Voorbereiding uitklapper, klik om te openen

Een tijdje vóór de operatie, heb je een afspraak op de POS-poli. POS-poli is de afkorting van: Pre Operatief Spreekuur. Dat betekent: het spreekuur vóór een onderzoek, behandeling of operatie onder narcose.

Narcose wil zeggen dat je gaat “slapen” met behulp van medicijnen. Je voelt dan niks van de operatie. We noemen dit wel slapen maar het is geen gewone slaap. Als je onder narcose bent kun je niet uit jezelf wakker worden. De anesthesioloog is de dokter die jou de slaapmedicijnen geeft. Hij zorgt voor jou als je onder narcose bent en hij zorgt ervoor dat je weer wakker wordt als de operatie klaar is. We noemen hem ook wel de slaapdokter.

Op de POS-poli heb je, samen met je ouders een gesprek met de POS-verpleegkundige of met de slaapdokter.

Wat gebeurt er op de POS-poli?

Ze willen van alles weten over je gezondheid. Bijvoorbeeld:

  • welke ziektes je hebt gehad
  • of je koorts hebt
  • of je verkouden bent

Soms meten ze je gewicht, je lengte, je bloeddruk of je hartslag. Dit doet geen pijn.

Ze bespreken met jou en je ouders:

  • hoe het gaat als je onder narcose gaat
  • hoe jij het beste de narcose kunt krijgen: met een prik of met een kapje.
  • wat jou kan helpen als je pijn hebt of bang bent.

Als je tegen de narcose op ziet, zeg het dan tegen de POS-verpleegkundige of de slaapdokter!

Op de POS-poli krijg je een folder over de narcose. Dan kun je nog eens nalezen wat er is verteld.

Voor ouders

  • Gebruikt uw kind bloedverdunningsmiddelen? Dan kan het zijn dat uw kind deze al vóór de operatie niet meer mag nemen. Overleg dit vóór de opnamedag al met de arts
  • Gebruikt uw kind insuline? Dan raden we u aan om met de arts te overleggen. Misschien is het beter de dosis aan te passen.
  • Is uw kind allergisch, bijvoorbeeld voor pleisters? Meld dit dan altijd.
  • (Kinder)aspirine® is een pijnstiller die het bloed verdunt. Daardoor is er meer kans op nabloedingen. Geef uw kind daarom minstens twee weken voor de operatie geen (kinder)aspirine®. Als uw kind een pijnstiller nodig heeft, kunt u wel (kinder)paracetamol geven.

Kort voor de narcose mag uw kind geen vaccinatie krijgen. We houden de volgende periode aan:

  • twee dagen voor de narcose geen DKTP- en meningokokken-vaccinatie
  • twee weken voor de narcose geen BMR-vaccinatie

Tijdens de behandeling uitklapper, klik om te openen

De dag van de ingreep

In de folder “Narcose” lees je hoe het gaat als je onder narcose gaat. Je leest daar ook hoe het gaat op de dag dat de ingreep plaats vindt. Voor alle duidelijkheid vertellen we het hier nog een keer in het kort:

Thuis

Je moet nuchter zijn. De slaapdokter heeft op de pospoli afgesproken vanaf hoe laat je niet meer mag eten. Je mag nog wel drinken, maar alleen helder vloeibaar. Helder vloeibaar is drinken waar je doorheen kunt kijken, zoals water, thee en aanmaaklimonade.

Op de verpleegafdeling

  • Je komt op de verpleegafdeling en krijgt een bed.
  • De verpleegkundige stelt nog wat vragen aan jou en je ouders.
  • Als je wilt kun je de voorbereidingsspullen nog een keer bekijken.
  • Je krijgt een operatiejasje aan en een naambandje om.
  • Misschien krijg je een drankje, pilletje of zetpil.
  • Als je aan de beurt bent, ga je in bed.
  • Jullie gaan samen naar de wachtruimte(holding) bij de operatiekamer.

In de holding

  • Eén van je ouders en de pedagogisch medewerker of verpleegkundige doen operatiekleding over hun eigen kleding. Zo blijft alles goed schoon in de operatiekamer.
  • De medewerkers van de operatiekamer (met een blauw pak en een muts) komen jullie ophalen. Meestal stellen ze nog wat vragen aan jou en je ouders.
  • Ze nemen jou, één van je ouders en de pedagogisch medewerker of verpleegkundige mee naar de operatiekamer.

In de operatiekamer

  • Je gaat op de operatietafel liggen of zitten
  • Je krijgt een plakker met daarin een klein lampje op je vinger of teen geplakt.
  • Je krijgt drie monitor-stickers op je borst geplakt.
  • Je krijgt de narcose met een kapje of een prik.
  • Als je slaapt gaat je vader of moeder terug naar de afdeling.
  • aanvulling dagbehandeling: of naar een wachtruimte vlak bij het operatiecentrum.
  • De dokter doet de operatie.

In de uitslaapkamer

  • Je ligt weer in je eigen bed als je wakker wordt.
  • Eén van je ouders mag bij je komen zitten.
  • Je hebt nog steeds de monitor-stickers, het lampje op je vinger.
  • Je hebt een infuus in je hand.
  • Als je goed wakker bent, rijden we je met bed en al weer naar de afdeling

Na de behandeling uitklapper, klik om te openen

Na de ingreep onder narcose

Terug op de afdeling

  • Als je weer op de afdeling bent, mag je rustig in je bed blijven liggen. De verpleegkundige komt regelmatig bij je kijken.
  • Misschien voel je je niet zo lekker, ben je misselijk of heb je ergens pijn. Zeg het tegen je vader of moeder of tegen de verpleegkundige als er iets is. Ze kunnen er dan rekening mee houden of je extra medicijnen geven. Hoe het bij jou zal gaan? Dat is moeilijk van tevoren te zeggen.
  • Als je goed wakker bent, mag je weer wat drinken.
  • De dokter komt vertellen hoe het gegaan is.

Vervolgafspraak bij reconstructie met ribkraakbeen

Een à twee weken nadat je weer thuis bent na de eerste operatie kom je je voor controle bij de dokter op de polikliniek.

Bij de tweede operatie gaat het verband er na 5 tot 7 dagen af. Hiervoor kom je bij de dokter op het spreekuur (op de polikliniek). Je krijgt een mal van siliconen (kunststof), die je oor beschermt als je slaapt.

Vooral de eerste twee weken is de huid achter je oor nog zwak en aan het wennen. Het is belangrijk dat je oor ingesmeerd wordt met Vaseline en soms met een zalf waar antibiotica in zit (dit beschermt je oor tegen infecties). De dokter legt jou en je ouders uit hoe dat moet.

De huid bij je oor mag pas nat worden, als de huid is vast gegroeid. De dokter vertelt je wanneer dat is.

Vervolgafspraak bij reconstructie met Medpor

Ongeveer 10 tot 14 dagen na de operatie kom je bij de dokter op controle op de polikliniek.

Je krijgt een nieuwe mal van siliconen (kunststof), die je oor beschermd als je slaapt. De mal zorgt er ook voor dat je oor niet strak tegen je hoofd gaat staan.

Het is belangrijk dat je jouw oor insmeert met Vaseline en soms met een zalf waar antibiotica in zit (dit beschermt je oor tegen infecties). De dokter legt jou en je ouders uit hoe dat moet. Na deze controle mag je oor nat worden (in bad moet je nog wel even voorzichtig zijn).

Bijwerkingen

Mogelijke bijwerkingen van de narcose

Tijdens een narcose krijg je een buisje in je keel, dat helpt om te ademen. Soms heb je daardoor wat keelpijn of klinkt je stem wat anders als je wakker wordt. Dat gaat na een poosje weer over. Door de slaapmedicijnen kun je wat misselijk zijn of moet je overgeven. Je kunt hiervoor medicijnen krijgen van de verpleegkundige in de uitslaapkamer of op de afdeling.

Soms kan het soms even duren voordat je je weer helemaal de oude voelt. Dit is normaal.

Complicaties

Mogelijke complicaties van de oorschelpcorrectie met ribkraakbeen

Zelfs wanneer een operatie helemaal goed is gedaan (“volgens het boekje”), kunnen er problemen ontstaan. Zulke problemen noemen we complicaties. Ook bij een oorschelpcorrectie met ribkraakbeen gaan de dingen soms anders dan de bedoeling is. Gelukkig gebeurt dit niet zo vaak.

Wat kun jij merken van een complicatie?

Het kan zijn dat je een infectie krijgt. Die kans is het grootst na de eerste operatie. Daarom krijg je antibiotica.

Ook kan het gebeuren dat je nieuwe oorschelp niet helemaal de vorm heeft, zoals die van je gewone oorschelp. In dat geval kan de dokter met een extra operatie nog wat veranderen aan de vorm.

Mogelijke complicaties van de oorschelpcorrectie met Medpor

Zelfs wanneer een operatie helemaal goed is gedaan (“volgens het boekje”), kunnen er problemen ontstaan. Zulke problemen noemen we complicaties. Ook bij een oorschelpcorrectie met Medpor gaan de dingen soms anders dan de bedoeling is. Gelukkig gebeurt dit niet zo vaak.

Wat kun jij merken van een complicatie?

Heel soms kan het gebeuren dat een stukje van de huid dat over de prothese ligt er niet goed uitziet en anders aanvoelt. De dokter kan dan met een operatie de prothese met een nieuw stukje huid bedekken.

Ook kan het gebeuren dat je nieuwe oorschelp niet helemaal de vorm heeft, zoals van je gewone oorschelp. In dat geval kan de dokter met een extra operatie nog wat veranderen aan de vorm.

Mogelijke complicaties van de narcose

Ernstige complicaties door de narcose komen tegenwoordig nog maar heel weinig voor.

Twee manieren vergelijken

Je hebt al veel gelezen over de twee verschillende manieren om een oorschelpcorrectie te doen. Hieronder staat alles nog een keer op een rijtje, zodat je goed kunt vergelijken.


RibkraakbeenMedpor
Hoe oud moet ik zijn?
  • vanaf 8 jaar
  • vanaf 5 jaar
Hoeveel operaties krijg ik?
  • 2
  • soms 3
  • 1
  • soms 2
Hoeveel nachten moet ik in het ziekenhuis slapen?
  • na de 1e operatie 4 tot 5 nachten
  • na de 2e operatie 1 nacht
  • 1 nacht
Hoeveel pijn voel ik?
  • klein beetje bij je oor
  • je rib doet wat meer pijn
  • klein beetje bij je oor
Waar heb ik littekens?
  • bij je oor
  • in je lies
  • op je buik bij je ribben.
  • bij je oor
  • in je lies
Hoe groeit mijn nieuwe oor?
  • je oor groeit mee met de rest van je lichaam
  • je oor groeit niet mee en is daarom in het begin wat groter dan je andere oor
Welke problemen kunnen ontstaan bij mijn nieuwe oor?
  • na de operatie kun je een infectie krijgen, daarom krijg je antibiotica
  • je oorschelp kan niet helemaal de goede vorm hebben, dan krijg je een extra operatie
  • soms moet de dokter met een extra operatie een stukje huid vervangen met een nieuw stukje huid
  • je oorschelp kan niet helemaal de goede vorm hebben, dan krijg je een extra operatie

Wat mag je wel, wat mag je niet als je weer thuis bent

Sporten na de operaties

De eerste 6 tot 8 weken mag je geen sport of andere activiteiten doen waarbij je lichamelijke contact met anderen hebt (contactsporten). Na 4 weken mag bijvoorbeeld wel zwemmen, maar mogen anderen niet tegen je oor botsen. Na 8 weken mag je alle sporten weer doen.

Heb je nog vragen?

  • Schrijf ze op, dan kun je ze niet vergeten. Je kunt ze stellen als je in het ziekenhuis bent.
  • Voor vragen over jouw oorschelpcorrectie kun je bellen met de polikliniek plastische chirurgie: 088 75 535 94 (tussen 9.00 uur en 12.00 uur)
  • Voor andere vragen of advies kun je contact opnemen met een pedagogisch medewerker via het secretariaat Pedagogische Zorg:
    • Telefonisch: Kantoordagen van 09.00 - 16.00 uur, 088 7575424
    • Per mail: pedagogischspreekuur@umcutrecht.nl
    • Persoonlijk: kantoordagen van 13.30 - 14.30 uur, 4e verdieping, richting sportdakterras, eerste deur links na de klapdeuren

Zorgkosten uitklapper, klik om te openen

Meer over zorgkosten

Contact uitklapper, klik om te openen

Polikliniek kinderplastische chirurgie

Hebt u vragen? Neem dan contact op met de polikliniek kinderplastische chirurgie.

088 75 535 94

Bereikbaar op maandag, woensdag en donderdag van 9.00 - 12.00 uur.

Voor ouders: voorbereiding en begeleiding

https://www.hetwkz.nl/nl/uw-kind-voorbereiden tips qr code

Contact

Afspraken

Praktisch

hetwkz.nl maakt gebruik van cookies

Deze website maakt gebruik van cookies Deze website toont video’s van o.a. YouTube. Dergelijke partijen plaatsen cookies (third party cookies). Als u deze cookies niet wilt kunt u dat hier aangeven. Wij plaatsen zelf ook cookies om onze site te verbeteren.

Lees meer over het cookiebeleid

Akkoord Nee, liever niet